Op dinsdag 9 en donderdag 11 april 2024 organiseerden we voor onze TMS klanten het webinar ‘Bereken de nieuwe beleidswaarde met TMS’. Het webinar stond in het teken van de theorie en achtergrond van de ‘Nieuwe beleidswaarde’-systematiek zoals deze reeds in het Marktwaarde handboek is opgenomen. Deze moet vanaf de aankomende begrotingsronde en dPi 2024 worden toegepast. Daarnaast werd aandacht geschonken aan de nieuwe functionaliteit die hiervoor in TMS beschikbaar is gekomen.
Inrichting nieuwe beleidswaarde in TMS
Hoe richt je de ‘Nieuwe beleidswaarde’ in TMS in en welke mogelijkheden heb je om de waarde tot in detail te analyseren en te vergelijken? Tijdens het webinar bespraken wij de onderdelen die in TMS betrekking hebben op deze nieuwe beleidswaarde:
- Berekening en verwerking in interface van de ‘Nieuwe beleidswaarde’;
- Vergelijkingen tussen de marktwaarde en de ‘Nieuwe beleidswaarde’;
- Vergelijkingen tussen de huidige én de ‘Nieuwe beleidswaarde’;
- Diverse rapportage- en analysemogelijkheden op de ‘Nieuwe beleidswaarde’.
Vervolgens gingen de aanwezige TMS-corporaties zelfstandig aan de slag met de inrichting van de nieuwe beleidswaarde in TMS. Eén van de meest gestelde vragen was: ‘Kunnen wij de nieuwe beleidswaarde inrichten zonder dat dit gevolgen heeft voor de huidige beleidswaarde?’ Het antwoord daarop is: ‘Ja’
Wij adviseren al onze TMS-corporaties om de nieuwe beleidswaarde vanaf nu al in TMS in te richten om zo zelfstandig de eerste vergelijkingen te kunnen maken.
Nieuwe beleidswaarde: eerste doorrekeningen
De ‘Nieuwe beleidswaarde’-systematiek zoals uiteengezet in het handboek, schrijft voor dat vier belangrijke aanpassingen ten opzichte van de huidige beleidswaarde worden doorgevoerd, namelijk:
- Aanpassing van de rekenhorizon van 15 jaar mét eindwaarde naar een rekenhorizong van 60 jaar zónder eindwaarde;
- Bepaling van de onderhoudsnorm op basis van de meerjarenonderhoudsprognose;
- Inrekening van een waardedaling voor EFG labels;
- Aanpassing van de disconteringsvoet: de overgang naar een toepassing van één sociale disconteringsvoet.
Om inzichtelijk te maken wat de voorgeschreven aanpassingen voor gevolgen hebben, hebben wij een eerste doorrekening uitgevoerd. Hierbij is de nieuwe beleidswaarde voor onze TMS-corporaties, met een ingerichte - huidige - beleidswaarde gesimuleerd en uitgesplitst naar COROP plus gebied. Stap voor stap zijn zo de waarde-effecten in kaart gebracht.
Bevindingen eerste doorrekeningen nieuwe beleidswaarde
Onze belangrijkste bevinding is dat een grote stijging mag worden verwacht van de nieuwe beleidswaarde ten opzichte van de huidige beleidswaarde. Met name in de ruralere gebieden waar de afstand tussen de huidige disconteringsvoet conform het handboek en de nieuwe sociale disconteringsvoet het grootst is. Dit effect werkt dubbel door:
- In de eerste plaats is het negatieve waarde-effect van het vervangen van de rekenhorizon van 15 jaar mét eindwaarde door de 60 jaar rekenhorizon zónder eindwaarde kleiner. Dit komt doordat de hoge disconteringsvoet leidt tot een relatief lage waarde op een dergelijke horizon.
- Ten tweede is de waarde-stijging als gevolg van het vervangen van de disconteringsvoet door de sociale disconteringsvoet zelf groter. Dit wordt veroorzaakt doordat de verandering in de contante waarde van toekomstige kasstromen groter is.
Hieronder tonen we de - grove - gemiddelde resultaten - grafisch - op COROP plus niveau. Hoe donkerder de kleur, hoe harder de verwachte stijging van de huidige beleidswaarde naar de nieuwe beleidswaarde. We benadrukken dat het hier een inschatting betreft, geen zekerheid.
Concluderend kunnen we stellen dat we een verschil tussen de huidige beleidswaarde en de nieuwe beleidswaarde zien van gemiddeld 33% op landelijk niveau. Bekijken we de afzonderlijke COROP gebieden dan zien we de ontwikkeling variëren in een bandbreedte van 16% tot 85%.
De aanpassing van de rekenhorizon van 15 jaar mét eindwaarde naar 60 jaar zónder eindwaarde, leidt hierbij altijd tot een negatief waarde-effect, terwijl de vervanging van de disconteringsvoet door de sociale disconteringsvoet - 4,11% voor DAEB-woningen en 4,60% voor niet-DAEB woningen - juist altijd een groot positief waarde- effect laat zien. Deze laatste aanpassing neemt hiermee dan ook het grootste deel van de waarde-verandering voor de rekening.
Een belangrijke kanttekening is dat wij ervoor hebben gekozen om in onze doorrekening de nieuwe onderhoudsnorm gelijk te stellen aan de huidige beleidsonderhoudsnorm. Eveneens is de keuze gemaakt om de waardedaling van de EFG-labeling voor nu niet in te rekenen.
Dit betekent dat wij de nieuwe beleidswaarde - licht - zullen overschatten en de verschillen naar verwachting naar beneden dienen te worden bijgesteld.
Vragen over of interesse in TMS
Heb je vragen over de inhoud van dit bericht, neem dan contact op met je Ortec Finance of Qonsio contactpersoon of met Dirk Jan via onderstaande contactgegevens.
Heb je nog geen TMS en wil je hier meer over weten? Neem dan contact op met Pieter Postma via onderstaande contactgegevens.